Importeurs motorfietsen (beschrijvingen)
Begin juni 1917 meldt importeur Königsberger dat de "exploitatie" eind die maand gestart wordt. Waarschijnlijk is dat gelukt, want er verschijnen vanaf dan enkele advertenties van Königsberger met Autoped (Telegraaf, Maasbode, Kampioen, Algemeen Handelsblad). Waarschijnlijk blijft de import beperkt tot een eenmalige zending, want na september 1917 blijft het stil rond de gemotoriseerde step tot 1919. In 1920 wordt de Autoped blijkbaar opgevolgd door de Skootamota.
uit de Revue der Sporten d.d. 22 februari 1922:
WAT DE „SNOB"-IS!
Wat de Snob is ? Een „rijwielmotor"! - zeggen de importeurs. Halt! - roep ik - dat is te bescheiden, zeg maar gerust „motorrijwiel"! Want werkelijk, men heeft hier met een heuschen tuf-tuf te doen, zoo eentje, zooals o.a. de Motosacoche er een was bij zijn eerste verschijnen, maar... vrij wat goedkooper dan dit Zwitsersch product. Ik zou willen zeggen; deze kleine, roode rakker is een Indian-lilliput, en al beweren dan de Nurksen ook, dat ik overdrijf, ik zeg het toch.
Deze uitlating zal u bewijzen, lezer, dat qua bouw, qua lijn, qua „Ausstattung" deze Snob volkomen den indruk maakt van een lichte motorfiets. En toch moet men het snufje indeelen in de categorie dier karretjes met motor voor het stuur, met motor achter het zitvlak, maar dan eene verbetering van die min of meer gebrekkige types tot in de perfectie. Misschien lijkt de vergelijking niet vleiend. Maar ik haal ze juist aan om de menschen te overtuigen, die een waarachtig puf-monster te zwaar, een ordinaire fiets te lastig vinden, en daarom hun toevlucht willen nemen tot een stalen rosje met een hulpmotor, als zooeven omschreven. Dat is nu echter niet meer noodig. Of de Snob dan een rijwielmotor is of een motorrijwiel, hij is daar, om tusschen het groot product en de gewone fiets in te staan, en hij biedt zich aan tegen een prijs, die non lager is dan die van menig eerste-klasse rijwiel, zonder motor.
Ik heb op deze miniatuur-uitgave - maar verguld op snee - gereden, en ik zou er best mee kunnen opschieten. De kar ligt vast op den weg. Slipkans is niet grooter dan bij het gewone systeem: motorfiets. De motor slaat opperbest aan, is een ding vol pit, en dat men er bij het proefrijden in den Harz hellingen van 10% mee heeft genomen, dat hij een snelheid van 40 KM. in 't uur behaalt, ik geloof het graag. Maar mocht de motor den leek eens in den steek laten - op mijn woord: het zal
zelden zijn - dan licht men den kleplichter of men neemt den riem af, en de gewone fiets, die men kan trappen, blijft over. Toch is dit rijwiel van speciale constructie hier en daar verzwaard,, doch deze verbetering komt slechts de stabiliteit tengoede en hindert niet in 't minst bij een zoo juist genoemde panne.
Doch nog eens: pannes kunnen volkomen uitgesloten zijn bij deze constructie. Bij zulk een noodlottig geval zal dus eerder de leek-rijder den motor dan de motor den leekrijder in den
steek laten. Ga maar eens na! Een uiteraard door lucht gekoelde, motor, een vier-takt, van 55 bij 65, verwekt de actie.
De cylinder is voorzien van aangegoten ribben, die voor afdoende afkoeling zorg dragen. De carburateur van het stelsel Döpfner, waarborgt een economisch tuffen. De importeurs, de N.V. Snob Rijwielmotor, Lange Haven te Schiedam, wijzen op een verbruik van circa 2 L. op 130 K.M. Dat is dus een nietsje.
De smering geschiedt door een oliepomp. Alle bewegende deelen loopen op kogellagers. Het remmen gaat door middel van een terugtraprem, een systeem, dat wel betrouwbaar is, maar dat ik bij volgende modellen toch gaarne gewijzigd zou zien door een reminrichting op het stuur, niet omdat dit veiliger, wel, wijl zulks practischer en gemakkelijker is. Het materiaal leek mij - ik aanschouwde een gedemonteerd werkstuk - van uitstekende kwaliteit, De kleppen zijn aangebracht als bij grooten broer. Alles bij elkaar genomen dus een product, dat vertrouwen inboezemt, en dat ik als oud-tuf-tuffer, met genoegen dag in dag uit op den weg onder mij zou voelen. De afwerking is verder keurig. Rood als de Indian en goud gebiesd - een attractie!
En zooals gezegd: licht is dit karretje bij uitstek. Het weegt maar 12 K.G., en menschen, die in woningen met stoepen huizen, dragen het dus een-twee-drie in hun gang, waar de Snob niet meer plaats inneemt dan een gewoon rijwiel.
Behoeft het nog betoog, dat dit Duitsch voortbrengsel een uitkomst is voor doktoren, voor dier-artsen, voor officieren, die ver van hun kazernes wonen, voor den telegraaf-dienst, en voor dien sportsman, voor wien een tuftuf, zooals men ze gemeenlijk ziet, òf te zwaar is òf te duur? Men staat hier werkelijk voor een kleine openbaring. Nu alles nog zoo prijzig is, verkwikt dit edel werkstukje, tegen een klein financieel offer te verwerven. Ik heb me zelf afgevraagd, hoe de fabrikanten aan den naam Snob kwamen. Nu weet ik het. Snob is een Engelsch woord, en beduidt eigenlijk niet iets liefs, niet iets sympathieks. Maar het woord heeft ook nog een tweede beteekenis. Snob noemt men ook dien werkman, die niet aan een werkstaking wil meedoen. En ziedaar de spijker op den kop gemept! De Snob staakt nooit. De Snob laat zijn berijder nimmer in den steek. De Snob slaat aan, ten allen tijde, puft en tuft eeuwig, op commando van den baas. Vandaar de naam Snob !
Ik hoop er spoedig legio op onze Hollandsche wegen te zien. Men zal van deze ranke brommertjes veel genoegen beleven…
Deze advertentie stond in De Kampioen van juni 1900. Opmerkelijk is dat op de motorrijwielsites Patria pas in de twintiger jaren als motorfietsenfabrikant voorkomt. Echter, op de site van W.K.C. (de voortzetting van Weyersberg - Kirschbaum & co.) staat onder de kop 'geschichte': Die Firmen Weyersberg und Kirschbaum schlossen sich im Jahr 1883 zusammen und gründeten Weyersberg, Kirschbaum und Cie. (WKC), das stärkste Unternehmen zu dieser Zeit in Solingen. Die beiden Warenzeichen Ritterhelm und Königskopf wurden zusammengeführt und standen von nun an für ausgezeichnete Qualitätsprodukte von WKC. Schnell wuchs die Belegschaft auf über 1200 Mann bis zum Jahr 1900 an und die Produktion von Klingen wurde um komplette Waffen, Fahrradteile sowie Motorräder und Autoteile erweitert.
Of er ooit in Nederland Patria motorrijwielen zijn geleverd is onzeker. Patria bouwde tussen 1899 en 1901 ook een klein aantal voiturettes met een eencilinder motor. Of die ooit in ons land hebben gereden is zeer twijfelachtig. Er was kennelijk sprake van rechtstreekse import door de fabrikant.
Onder de merknaam Mototraction produceerde Saroléa aan het begin van de jaren dertig gemotoriseerde bakfietsen (triporteurs). Deze werden in het algemeen uitgevoerd met 350- of 500 cc zijklepmotoren (bron: Wikipedia).
Onder de merknaam Mototraction produceerde Saroléa aan het begin van de jaren dertig gemotoriseerde bakfietsen (triporteurs). Deze werden in het algemeen uitgevoerd met 350- of 500 cc zijklepmotoren (bron: Wikipedia).