
Import. bedrijfsauto's (beschrijvingen)












De Condor werd gebouwd in Chicago van 1932 tot 1941. Oorspronkelijk waren dit Gramm trucks die een andere naam kregen voor de export. Het waren uitsluitend chassis met een Waukesha-Hesselman motor die in Nederland van een opbouw werden voorzien.
















-goedkoop (wij blijven Hollanders), de prijs was destijds 31.900 gulden.
-8 ton laadvermogen (in de plaats van 6 ton van de GMC).
-laadbak GMC gemakkelijk over te zetten.
-hoogliggende cardan met 40 cm vrije hoogte, ideaal in zandsporen.
-lage gearing, geschikt voor in het terrein.
-een nieuwe auto, dus minder kans op reparaties.

advertentie juni 1924
advertentie juli 1928
Bovy uit Brussel bouwde vanaf 1904 auto's en vrachtwagens. Vanaf 1920 werden er alleen nog vrachtwagens gemaakt. In 1931 werd de naam gewijzigd in Bovy-Pipe.
Importeur was A. Donckers' Automobielbedrijf, Adrianastraat 21-29 te Rotterdam.advertentie circa 1925
De Zwijndrechtse Auto Omnibus Onderneming (later De Jong Intratours) reed vanaf 1923 op het traject Zwijndrecht-Rijsoord-Rotterdam v.v. met een Bovy met een carrosserie van de Rotterdamse wagenmaker Hoogtijling. De Bovy leek te voldoen en algauw reden er zes exemplaren van rond. Maar na enkele jaren werden ook deze te licht bevonden, het motorvermogen was te laag om voldoende snelheid te kunnen ontwikkelen en ook de remmen hadden niet voldoende capaciteit toen het wegverkeer drukker en sneller werd. Verder bleken de achterassen nogal wat moeilijkheden op te leveren. Een van de Bovy bussen was een zeer apart geval. Deze wagen was oorspronkelijk gebouwd voor de Engelse markt, d.w.z. met rechtse besturing. Daardoor ook kon De Jong hem voor een zachte prijs op de kop tikken. Het stuur werd verplaatst maar de pedalen bleven andersom gemonteerd. Het was dus uitkijken geblazen met het bedienen ervan en wanneer er een nieuwe chauffeur op de bok zat, moest deze van tevoren altijd worden gewaarschuwd (bron: De Jong Tours in kort bestek van 1923 tot 1992, een geschiedschrijving van Truus de Jong – Leenheer)
De Eerste Schiedamsche Auto-Omnibus Dienst breidde zijn wagenpark in 1925 uit met vier Bovy’s en op 11 januari 1927 kwamen daar volgens de concessie nog eens twee Bovy’s bij. Zeer waarschijnlijk werden deze geleverd door Donckers, aangezien de E.S.A.O.D. een samenwerking met hem was aangegaan. Ook het bedrijf van Y. Alders startte op 7 januari 1924 een lijndienst tussen de Rusthoflaan en het Rozenburgerplein in Schiedam met 1 Bovy en 1 Dürkopp bus. Maar na het verkrijgen van de officiële concessie op 1 november 1927 bleek de dienst niet meer te functioneren en werd de vergunning op 20 december van dat jaar ingetrokken. (bron: De geschiedenis van het openbaar vervoer in Schiendam door René R. van der Beek).Bovy autobus van de Zwijndrechtse Auto Omnibus Onderneming, 1925
G. Schuyf uit Rotterdam is voor zover bekend de laatste die zich op de import van de Four Wheel Drive bedrijfswagens stort. Het krantenbericht uit 1924 ("Het Autobusgevaar") is ondertekend met de initialen G.S., hoogstwaarschijnlijk G. Schuyf dus. Het artikel 1926 geeft alleen een adres: dat van G. Schuyf. Na 1926 loopt het spoor van deze vroege vierwielaandrijvers dood.
advertentie maart 1923
In 1909 wordt in de USA de Four Wheel Drive Auto Company opgericht. Het succes van de 4WD personenwagens in militaire tests leidde tot de ontwikkeling en productie van trucks. Deze trucks, met de nogal utilaristische naam FWD (Four Weel Drive), hebben begin vorige eeuw ook Nederland bereikt. De import start april 1919 door ingenieur F.M. Beukers, Schiedam. Vrijwel meteen brengt hij deze activiteit onder in de Internationale Technische Handelsonderneming "ITHO". Nog geen jaar later, februari 1920, wordt N. Paquet, Delft de Hoofdvertegenwoordiger voor Nederland.
advertentie april 1919
Eind 1919 wordt H. Bos uit Den Haag importeur. Hij blijft dat t/m 1921. In 1920 noemt hij zijn bedrijf overigens N.V. Lloyd's Handel Maatschappij.
advertentie november 1919
advertentie januari 1908