Import. bedrijfsauto's (beschrijvingen)
Willys-Overland komt in 1953 in handen van Kaiser. Zodoende gaat het importeurschap over van Sieberg naar NEKAF. Begin 1954 start NEKAF met de assemblage van de Willys Jeep modellen.
NEKAF gaat in augustus 1958 failliet, waarna Kemper en van Twist de Jeep import en assemblage overneemt.
Fabriek voor Wagenbouw, IJzerconstuctie en Brandweermaterieel v.h. J. Geesink & Zonen te Weesp
Nadat Tresfon in 1927 was gestopt met de import van Mack, werd dit pas in 1937 opnieuw opgepakt door de A.G.A.M. Na de Tweede Wereldoorlog werd begonnen met de import van een serie van 150 Macks van het type NR 19. De hoofdactiviteit van de AGAM was echter de import van Mercedes-Benz en nadat in 1948/1949 de productie van Mercedes weer op gang kwam werd de import van Mack gestopt.
(Bron: Buurman, Gerlof, De historie van Mack truck in Nederland, 2004)
De firma Tasche en Co. verhuist juli 1906 naar een nieuwgebouwd pand dat speciaal als garage is ingericht. In 1907 worden er compagnons aangetrokken en wordt de zaak uitgebreid en via de achterzijde in een L vorm doorverbonden naar panden aan de Van den Brugghenstraat 6-8. Onder de naam Tasche en Co. wordt begonnen met het hoofdagentschap van Ariès en Mors automobielen, snel gevolgd door de merken Belgica, Stoewer, Wolseley en Schneider.
In juni 1929 werd de N.V. Morris Automobielfabrieken -toen nog gevestigd aan de Botersloot te Rotterdam- door de stijgende verkoopaantallen genoodzaakt een extra ruimte te huren bij de artillerie-inrichtingen in Delft. Of deze gebouwen niet voldeden, of dat men een beter aanbod kreeg is niet bekend, maar drie maanden later -eind augustus 1929- verhuisde het hele bedrijf van Rotterdam naar Delft, waar een assemblagefabriek werd ingericht aan de Hooikade 1. Door de massaproductie in Engeland werden de Morris personenwagens steeds goedkoper en werden deze compleet ingevoerd. Voor de vrachtwagens lag dit anders en moest er meer aan de behoefte van de klant aangepast worden. Deze vrachtwagens werden dus wel geheel of gedeeltelijk geassembleerd als rijdende chassis.
In 1936 werd de assemblage in Delft gestopt en ging het importeurschap van Morris over naar de firma J.J. Molenaar uit Amersfoort, die al sinds 1933 MG importeur was.
In 1919 begonnen de gebroeders Tresfon te Rotterdam, vanuit hun ouderlijke woning, een handel in banden. Ook werd in 1919 begonnen met de verkoop van Mack Trucks, in eerste instantie waren dit oude leger Macks van het type AC. Daarna werden ook nieuwe Macks verkocht, hoeveel is niet bekend, maar blijkbaar was dit zo succesvol dat aan de Mauritsstraat in Rotterdam een garagebedrijf werd gestart. Ook op de Kruiskade kwam een showroom waar diverse merken werden vertegenwoordigd, o.a. Ford. In 1927 werd gestopt met de import van Mack. Pas in 1937 werd A.G.A.M. de nieuwe importeur.
(Bron: Buurman, Gerlof, De historie van Mack truck in Nederland, 2004)