logo 1
Contactgroep Auto- en Motorrijwiel Historie

Ford - Geschiedenis van Ford Nederland (Rotterdam)

ford-rotterdam
De foto hierboven laat een deel zien van de fabriek aan de Van Helmondstraat in Rotterdam. De foto toont het middelste van de drie gevels met rond dak. Op de linker gevel stond 'N.V. Ford' met daaronder 'automobielen', op de middelste gevel stond 'Motor' met daaronder 'of Holland' en daar weer onder 'trucks' en op de rechter gevel stond 'Company' met daaronder 'tractoren'. Ford huurde deze drie leegstaande 'vliegloodsen', tezamen ongeveer 2500 m2. van Van Berkels Patent (een fabrikant van onder andere vleessnijmachines en weegschalen). In de periode 1918/1920 zijn hier door Van Berkel onder andere 35 stuks tweedekker watervliegtuigen type WA gebouwd voor de Marine Luchtvaartdienst, dat was heel wat in die tijd. De hallen op de foto zijn de “ex-vliegtuigbouw” hallen. Deze hallen zijn begin jaren zeventig gesloopt.

 Ford-Rttrdm

In 1999 verscheen een jubileum boekwerkje over Ford in Nederland 1924-1999. Enkele Conam leden hadden twijfels bij de viering van dit jubileum en over de titel van het boek. Dit omdat al veel eerder Ford auto’s werden geïmporteerd en verkocht door o.a.:

Firma Baving te Zwolle rond 1906-1907 (onder de naam Succes 4 cylinder)

Henry Boissevain te Amersfoort rond 1907;

Veth te Arnhem rond 1909-1911;

Wilson te Utrecht, rond 1912-1914 en Wilson, Amsterdam, 1914-1916;

Sieberg, Amsterdam, rond 1918-1923;

Nieland, Voormolen & Co., Rotterdam rond 1922-1929

Klik hier voor meer informatie over de vroegste importeurs.

Het boek begint de geschiedenis met de oprichting van 'Ford Motor Co. of Holland' in 1924 waarbij Ford zelfstandig het importeurschap gevestigd in Rotterdam voor eigen rekening neemt. De Rotterdamse periode duurt tot 1932, totdat men naar Amsterdam verhuist, is in het boekwerkje zwaar onderbelicht.

Deze periode kan worden aangevuld aan de hand van een 'getuigenverslag' dat is opgetekend tijdens het 25-jarig jubileum van Ford Nederland in 1949 door een werknemer van het eerste uur.

De oudste jubilaris in 1949 was de heer P. Pijpers. Deze was werkzaam bij een Amerikaans scheepvaartkantoor, toen een advertentie zijn aandacht trok. Hieronder volgt een citaat uit genoemde blad waarin de herinneringen van Pijpers en andere jubilarissen zijn verwerkt:

"Het was een automobielmaatschappij welk administratief personeel zocht, en de daarbij gestelde vergoeding overtrof ruim de gemiddelde waarden. Een klant van dit kantoor adviseerde [Pijpers] om te solliciteren, daar hij wist dat het Ford betrof. De zoon van deze adviseur werkte bij Ford Antwerpen, en werd na de Tweede Wereldoorlog directeur van Ford Nederland in Amsterdam. Op 1 februari 1924 kwam ik dus bij Ford in dienst en werd direct geplaatst in de afdeling Verkoop, die eigenlijk nog niet eens bestond. Wij zaten op een kamer in het Weimar Hotel met vier personen: één Amerikaan, één Ier, een stenotypiste en ondergetekende. Op 6 Maart kwam de oprichtingsakte tot stand en verhuisden we van het hotel naar de Van Helmondstraat, waar het werk aanving met een dertigtal mensen. De service-plant werd ondergebracht in drie constructieloodsen met halfrond gebogen daken, welke gehuurd werden van Van Berkels Patent. Daarnaast was een kantoor, op welks plafond later een lunchroom (kantine) uit Ford kisten werd gebouwd. De mensen hadden tot taak het binnenhalen van wagens en de reparaties. De wagens werden toen te Antwerpen gebouwd en per aak naar Rotterdam verscheept. In zo'n aak konden 60 tot 125 wagens worden geborgen: luxe auto's onder in het ruim en de vrachtwagens bovenop. Ook kwamen tractoren binnen en tractoronderdelen, waarmee de montage begon. Toen Van Berkels Patent na enige jaren (1928) haar gebouwen weer zelf nodig had, was het voor Ford zeer moeilijk in Rotterdam een geschikt onderdak te vinden, zodat uiteindelijk de Gemeente één van de Nenijto tentoonstellingshallen naar de Galvanistraat liet verhuizen, om ons uit de nood te helpen. Ook deze hal, die van een met hout beklede ijzerconstructie was, was verre van volmaakt daar in de loods een tegelvloer op zandgrond was aangelegd. Toen wij daar met de wagens binnenreden, raakten de tegels los en stonden zij als opstandige recht overeind in 't zand.

Toch werden in deze hal de eerste trucks geassembleerd. De lijn bestond uit een baan van hoekijzers, waarop de trucks vooruit werden geschoven. Trouwens, alles geschiedde met 'elleboogstoom' en menig Amerikaan die ons kwam bezoeken, heeft smakelijk gelachen als een chassis door enige Rotterdammers werd opgepakt en al wankelend op de lijn werd gezet. Het eerste gebouw dat speciaal voor het Ford bedrijf werd ontworpen, was ook te Rotterdam gedacht, waarvoor een terrein van 3 ha werd aangekocht. Toen Henry Ford ons land bezocht en leerde kennen, meende hij (zijn adviseurs) dat Nederland een Ford bedrijf waardig was dat grotere expansiemogelijkheden had en waarvoor ook ligging aan diep vaarwater door hem nodig werd geoordeeld.

Toen in 1930 in Rotterdam de eerste paal voor een nieuwe Ford-fabriek in de grond werd geslagen, oordeelde Henry Ford dat de locatie te ver lag van diep water lag en trok hij zich terug. Hoewel het Rotterdamse gebouw werd voltooid, is het nooit door ons betrokken, en werd het gehele bedrijf naar Amsterdam verlegd (1932). Het verplaatsen van de fabriek bracht nogal wat beroering onder de Rotterdammers voor wie de Maas en haar omgeving zeer veel betekende."

Zie hier een krantenartikel uit het Rotterdamsch Nieuwsblad van 6 oktober 1930, een bewijs dat Henry's nieuwe grootse aanpak van Ford Europa sneller ging dan de onderhandelingen van een schuurtje in Rotterdam.

Lees hier de nieuwste visie op Ford Rotterdam en waarom men waarschijnlijk in Amsterdam terecht kwam.