De Haagse firma Seinen (met een verkoopkantoor in Utrecht) was de eerste die het in 1963 aandurfde om een Japanse auto te importeren in Nederland. Isuzu had daarvoor uitsluitend vrachtwagens gefabriceerd, maar toen zij met de Isuzu Bellel kwamen, zag Seinen er wel een Nederlandse markt voor. De Bellel was een vierdeurs, vier-persoons sedan die naar keuze met een diesel- of benzinemotor geleverd kon worden. Van de versnellingsbak was de één niet gesynchroniseerd.
De Bellel werd op 17 mei 1963 voor de Benelux-markt geïntroduceerd in het Amsterdamse Hilton hotel. Importeur G. Seinen en zijn adjunct-directeur D.W. van Veldhuizen dachten vooral dat de diesel versie uitstekend geschikt was als taxi. De Bellel werd leverbaar vanaf juni 1963. De prijs voor zowel de benzine- als de dieselversie was 10.900 gulden. De auto werd echter geen succes. Slechts enkele tientallen werden verkocht als taxi, voornamelijk omdat de dieselmotor veel te traag was. Een experiment om de snelheid van deze diesels te verhogen werd een kostbaar fiasco. Gebrek aan ervaring en financieel uithoudingsvermogen zorgen ervoor dat in februari 1967 het bedrijf failliet ging.
Niet veel later (mei 1967) werd het importeurschap overgenomen door de Delftsche Motorenhandel te Voorschoten.