logo 1
Contactgroep Auto- en Motorrijwiel Historie

Hart Nibbrig & Greeve, Den Haag / Sassenheim

In het voorjaar van 1924 stichtten de heren Greeve en De Fremery een garagebedrijf, dat gevestigd werd in de Haagse Zaanstraat.
Klik hier voor een publicatie ter gelegenheid van het 60-jarig bestaan van de firma.

De eerste klant van het nieuwe bedrijf in Den Haag deed een aanbetaling van 2500 gulden, vertrok in een splinternieuwe Lancia... en is nooit meer
teruggezien. Ondanks die pijnlijke ervaring groeide de firma voorspoedig en ontwikkelde zich tot een van de vooraanstaande importbedrijven van
ons land. Het pand in de Zaanstraat werd spoedig te klein en in de Parkstraat kon een betere behuizing worden gevonden.
De heer De Fremery trok zich uit de zaak terug en zijn plaats werd enkele jaren later ingenomen door de heer Hart Nibbrig.
Als Hart Nibbrig & Greeve — kortweg HNG — werd de onderneming een begrip in de vaderlandse automobiel- en ook motorwereld.
Het was de heer W. Greeve die de zaak tot grote bloei heeft gebracht; tot 1964 was hij met de dagelijkse leiding van HNG belast.
Over zijn wijze van werken, het inspirerende omgaan met de vele medewerkers die er in de loop van de jaren zijn geweest, wordt nu nog gesproken !
In 1928 werd de vertegenwoordiging verkregen van het Franse topmerk Talbot, in 1932 gevolgd door DKW en een jaar later door Alfa Romeo.
Vooral DKW, dat behoorde tot de Auto Union AG, werd een groot succes in Nederland. Niet alleen wat de auto’s betreft, maar ook de motorfietsen
deden het goed. De befaamde DKW RT 98 gaf in de jaren dertig het motorrijden een nieuwe dimensie.

1927 Corinthian Geillustreerd weekblad voor amateursport jrg 4 1927 no 1 07 01 1927 

1929 5 juli Corinthian Geillustreerd weekblad voor amateursport jrg 6 1929 no 27 05 07 1929
Met de vertegenwoordiging van Lancia en later Talbot en DKW startte de onderneming die zou uitgroeien tot Hart Nibbrig & Greeve B.V en later Greenib Car B.V.

1932 DKW

1925 RAIRAI 1925

Handelsmaatschappij Hart Nibbrig & Greeve aan de Parkstraat in Den Haag en later ook in Sassenheim was eerder in hoofdzaak importeur van auto’s en motoren.
In 1948 toen de vraag naar auto’s groot was en het aanbod uit het buitenland klein, zag Greeve kansen voor een eigen autoproductie.
Hij koos voor een variant van de IFA-Zwickau tweetakt, de latere Trabant.
Een financiële injectie van de Handelsbank maakte het mogelijk enkele ingenieurs over te laten komen uit Chemnitz met in hun koffer tekeningen van een op de DKW geïnspireerde auto.
Aan de hand daarvan werd een schaalmodel gemaakt.
Hierna bouwde de firma Pennock aan de Binckhorstlaan in Den Haag een chassis dat werd voltooid onder leiding van Rinus Bruijnzeel, die chef was van de werkplaats van HNG.
Toen duidelijk werd dat het verder ontwikkelen en opzetten van een productielijn veel meer geld ging kosten dan eerder was begroot, trok de Handelsbank zich terug.
Uiteindelijk werd er slechts één auto geproduceerd, waar Rinus Bruijnzeel nog jaren mee heeft gereden.
(Bron: Lammerse, Jan: Autodesign in Nederland. Uitgeverij Waanders, 1993)

Hart Nibbrig & Greeve verkocht:  Alfa Romeo, Aston Martin, Audi, BMW, Bradford, DKW,  DKW bedrijfswagens, Jowet Javelin, Lagonda, Lancia, MitsubishiTalbot.

Over DKW staat dit op het noordwijkblog:
DKW was oorspronkelijk een afkorting van “Dampf-Kraft-Wagen”: in 1916 werden er in Duitsland nog lustig pogingen gedaan om stoomauto’s te bouwen, vandaar de naam. Maar de stoomauto’s konden niet opboksen tegen de modernste benzinemotoren van die tijd en al gauw ging DKW over op de fabricage van auto’s en motoren, zij het alleen in een tweetaktversie. In 1932 fuseerde DKW met onder andere Audi tot Auto Union, met een logo van in elkaar gedraaide ringen, dat de huidige Audi’s nog steeds siert.
DKW’s werden o.a. in Nederland geassembleerd bij importeur Hart Nibbrig & Greeve uit Sassenheim tussen 1956 en 1961 in een ex-asfaltfabriek aan de A44. Twee transportauto’s van de firma haalden benodigde onderdelen uit Düsseldorf naar Sassenheim, maar toen de fabricage in Duitsland werd verplaatst naar Beieren was de afstand naar Sassenheim opeens veel te groot geworden.
DKW werd in Nederland goedwillend ‘Duitse Kinder Wagen’ genoemd en kwaadwillend ‘Dat Kreng Weigert’. In Duitsland hadden ze er ook een minder vleiende betekenis voor: ‘Das Krankenhaus Wartet.’ Maar de eerlijkheid gebiedt te vermelden dat er daar ook bewondering was: “Das Kleine Wunder”, was een andere bijnaam, een positievere. In Nederland werd DKW ook wel gekscherend of liefkozend “Duitse Kinder Wagen” genoemd.

Klik hier voor de Wikipedia-pagina over HNG.

1975 11 okt Leidsch dagbladAdvertentie d.d. 11 oktober 1975 in het Leidsch dagblad.

HNG 19720808