logo 1
Contactgroep Auto- en Motorrijwiel Historie

Story

Story 1940 10 24 iam

Autorijden was gedurende de Tweede Wereldoorlog slechts mogelijk met een rijvergunning, waardoor een groot deel van de autoproducenten en de van hen afhankelijke bedrijven overbodig werden. Het personeel van de Internationale Automobiel Maatschappij te Den Haag (bekend als importeur van onder andere de merken Studebaker en Hillman) bedacht een noodoplossing voor de benzineschaarste en ontwikkelde een driewielige trapauto. Na enkele vermoeiende proefritten werd de trapauto in september 1940 opgevolgd door een elektrisch aangedreven tweepersoons roadster. Men noemde het voertuig ‘Study’ met een beetje weemoed naar de vooroorlogse Studebaker, maar na bezwaren werd de naam omgedoopt in ‘Story’.

De 24/30 volts gelijkstroommotor (zowel vóór- als achteruit draaiend) was een product van de Utrechtse Elektromotorenfabriek E.M.I. en was gekoppeld aan het linker achterwiel. Vijf zes-volt accu’s van 85 ampère waren bevestigd boven de achteras. Hiermee kon de Story zo'n tweeëneenhalf uur worden gebruikt en was bij een toerental van 2800 per minuut een topsnelheid van 20 à 22 km/uur mogelijk. Maximaal kon circa 60 km zonder bijladen worden afgelegd. Bij overschakeling naar 30 volt steeg de topsnelheid naar 30 km/uur, maar dit ging ten koste van de actieradius. Een gelijkrichter met automatische uitschakeling werd los meegeleverd. Deze paste in de (kleine) bagageruimte. De accu’s konden door middel van een slot op het stuur buiten werking worden gesteld, bijvoorbeeld bij het parkeren.

De Story was een driewieler met een verende motorrijwielvoorvork en achter twee half-elliptische veren. De wielen waren van het transporttype met banden in de maat 26 x 1¼. De handrem werkte op de beide achterwielremtrommels, terwijl de voetrem onder gelijktijdige uitschakeling van de stroom de voorwielremtrommel bediende. De bediening was uiterst eenvoudig, omdat er slechts een hoofdschakelaar en een tweetal handles voor stroomtoevoer en snelheidsregeling waren.

story 1940 11 30 iam 1

De zelfdragende met metaalplaat afgewerkte carrosserie werd gemaakt bij Pennock. Het gewicht bedroeg slechts 350 kg. De voorruit was van niet-splinterbaar glas en het interieur, waarin twee volwassenen royaal naast elkaar konden zitten, kon tegen weers- en windinvloeden worden beschermd door een gemakkelijk bedienbare cabrioletkap, die in een paar seconden was op te zetten en die met behulp van demonteerbare, van ventilatieruitjes voorziene zijstukken het interieur gemakkelijk tot een geheel gesloten geheel kon maken.

De auto, uitgerust met leren bekleding, verstelbare zittingen, voorruit van veiligheidsglas, twee stadslichten, achterlamp met stoplicht, richtingaanwijzers, elektrische hoorn, dashboard met volt- en ampèremeter en achteruitkijkspiegel, kostte exclusief omzetbelasting 1.790 gulden. Het voertuig was leverbaar in de standaardkleuren donkerblauw, rood en beige. Blijkbaar was dit een aantrekkelijk aanbod, want de eerste serie van vijftig stuks was snel verkocht. De tweede serie kon door materiaalschaarste niet worden voltooid. Sommige van de ongeveer tachtig geproduceerde Story's werden later van een tweetaktmotortje (en een benzinetank) voorzien, een ingreep waarmee bij het ontwerpen al rekening was gehouden.

Het bedrijf werd door de bezetter gevorderd, waarna Wehrmacht-opdrachten een eind maakten aan de productie van de Story.

Op een in januari 1942 door de Nederlandse Spoorwegen gemaakte lijst van dienstauto’s komt ook een Story voor. Het provinciale kenteken was H-36653, het chassisnummer 132 en het motornummer 340282. Omdat er zo’n 80 Story’s zijn geproduceerd zou chassisnummer 132 kunnen betekenen dat men met de nummering bij 100 is begonnen. Het hoge motornummer valt te verklaren doordat de E.M.I. vele elektromotoren leverde. Deze Story was in 1944 nog in gebruik bij de NS.

Bestaat er nog een Story? Het zou kunnen, want Conam-lid Hans van Groningen (overleden in 2010) heeft in 1983 in Leiden een Story zien rijden, maar kennelijk was deze niet elektrisch aangedreven. Helaas was in het drukke verkeer geen mogelijkheid tot fotograferen.

Pennock-Story

story-1

Story-voorkant

story-2Bouw van de carrosserie bij Pennock

Tekst Rutger Booy met gebruikmaking van onderstaande bronnen:

Lammerse, Jan: Autodesign in Nederland. Uitgeverij Waanders, 1993
Wallast M.: Historisch overzicht van de Nederlandse Automobielindustrie, 1979
Artikel in ‘Het Automobielbedrijf’ d.d. 24 oktober 1940
Artikel in ‘Het Automobielbedrijf’ d.d. 30 november 1940
Bakker, Jan: artikel in het Conam bulletin van oktober 1992