Gremi’s gevleugelde paard
door John Mulder
foto’s: John Mulder en Wouter de Vries
De Pegasus was een piepklein autootje dat ontstond op de instrumentmakersafdeling van Gremi. Rolstoelgebruikers zouden met hun eigen rolstoel de Pegasus in kunnen rijden en daarna elektrisch verder rijden. Maar het grootste succes van het kleine autootje was, dat het Gremi aan een nieuw gebouw hielp.
Jaren voordat Gremi bekend wordt als Lada‐ en Zastava‐importeur, heeft de importeur van Goggomobil/Glas, AJS en Moto Guzzi al een heel bijzondere traditie. Die traditie is gebaseerd op het sociale hart van Piet Been, de technisch directeur.
Piet Been is sinds het overlijden van zijn vader in 1960 met zijn twee broers eigenaar van het Groningse auto‐ en motorimportbedrijf. Hij wil mobiliteit toegankelijk maken voor mindervaliden en neemt al in de jaren vijftig het initiatief om ouderen en invaliden in een verwarmde Goggomobil te krijgen. Hij zorgt er ook voor dat er van de Goggomobil een 20 km‐uitvoering komt (daar is geen rijbewijs voor nodig), laat daar vervolgens een verbeterde versie van maken (naar aanleiding van een verloren rechtszaak) en ontwikkelt een Goggomobil met handbediening, waarin je veilig kunt gasgeven, remmen en ontkoppelen. Destijds een unicum.
Pegasus: de volgende stap
Hans Peters werkt begin jaren zestig bij Gremi op de instrumentmakersafdeling. Daar worden dashboardinstrumenten gerepareerd, mijlentellers van Britse motoren omgebouwd naar kilometertellers en de aanpassingen voor invalidebesturing en de dubbele bedieningen voor de autorijscholen gemaakt. Hans Peters: ‘De Pegasus kwam eigenlijk voort uit die 20 km‐autootjes. Het was de volgende stap van Piet Been, omdat hij zo begaan was met het lot van invalide mensen.’
Bij Gremi leeft ook de wens om een meer toegewijd invalidevoertuig te maken, mede omdat Gremi al ziet aankomen dat er een verbod aankomt op de 20 km‐autootjes. Dat wordt halverwege de jaren zestig een feit en Piet Been zoekt een manier om het gat op te vullen.
Wat is de Pegasus?
Wouter de Vries heeft op de Groningse kunstacademie Minerva de reclameafdeling doorlopen en met collega‐kunstenaars Ruud Zuidhoek en Henri de Wolf ‘Inter Art’ opgezet; een studio die aanvankelijk op de Verlengde Hereweg en later in de Boteringestraat in Groningen is gevestigd. Wouter de Vries: ‘Wij maakten folders en grafisch werk, maar ontwierpen ook stands voor tentoonstellingen.
Een van ons had contact met meneer Been, die een klein elektrisch aangedreven autootje bedacht. In de Pegasus zat geen stoel. Je reed in je eigen rolstoel via de achterdeurtjes naar binnen en sloot met een hendel de deuren achter je. Het chassis was uniek en bestond uit twee buizen in lengterichting. Er was geen achteras, omdat de bodem moest kunnen dalen tot straatniveau.
Eenmaal binnen pompte de bestuurder de vloer weer omhoog. Er was ook voorzien in een hydraulische versie. Je zat direct achter het stuur en je kon zo elektrisch wegrijden. Verder was er op de markt voor gehandicapten, behalve de aangepaste Goggomobil, niets beschikbaar.’
Houten mal
Piet Been wil op het onderstel van de Pegasus een polyester carrosserie laten maken en die carrosserie tekent Wouter de Vries. Door de strakke, moderne vormgeving is het zestig jaar later nog steeds een vlotte verschijning. Van de doorsnedes, voor‐, achter‐ en zijaanzichten worden de maten genomen, waarna in de werkplaats op de eerste verdieping een houten mal wordt gemaakt.
Hans Peters: ‘Bij een verhuizing van de instrumentmakerij hebben wij de houten mal van het oude gebouw via de lift naar het nieuwe gebouw geplaatst. Daar is de Pegasus afgebouwd.’ De houten mal wordt gemaakt door houtbewerkers. Vaklui, zegt Wouter de Vries. ‘Ik denk dat het meubelmakers waren. Ze hebben de moedermal vormgegeven met verlijmde hardhouten latjes.
Ik kwam alleen kijken of de vorm goed was en of er hier of daar nog iets weggeschaafd moest worden.’ Aan de techniek van de Pegasus werken (vooral) vier Gremi‐medewerkers: Hans Peters, Diele Biemold, Evert van der Molen en Henk Nijsen.
Hans Peters: ‘Diele Biemold was de chef van de instrumentmakersafdeling. Hij deed veel werkzaamheden aan de houtbouw en was vrijgemaakt van alle diensten om zich helemaal te wijden aan de Pegasus.’ Wouter de Vries herinnert zich Diele Biemold ook nog. ‘Hij had inzicht en het vermogen om te kijken waar er problemen zouden kunnen ontstaan en die op te lossen. Een sympathieke man.’
Het blijft bij een prototype
Wouter de Vries: ‘De mal is naar een firma gegaan, die een negatief‐vorm van de houten vorm heeft gemaakt en vervolgens is er een positieve polyester carrosserie gemaakt.’ Volgens het boek dat Willem Pol over Gremi schreef (‘De geschiedenis van Gremi, een eeuw Groninger auto‐ en motorimport’), zou dat ATF zijn geweest – Asser Transportmiddelen Fabriek. ATF is echter een doorstart van Cock (fabrikant van de Witkar, diverse ‘ijzeren honden’ en de bekende SRV‐wagens) en ontstaat pas in 1974.
Mogelijk is de Pegasus wel bij Cock gemaakt. Wouter de Vries: ‘Dat lijkt mij goed mogelijk. De Pegasus heb ik zelf nooit gezien. Het is heel sneu dat het project niet verder is gekomen.’ Er is een foto van een rijdende Pegasus, dus we weten dat er in elk geval één Pegasus is gemaakt. Hoe en waarom er aan het project een einde komt, is niet duidelijk.
De tweede tekening
Er is nog een tekening gemaakt van de Pegasus, waarop de auto geen achterkant heeft, maar half open is. Die tekening is gemaakt door globetrotter Vegter van Slooten, die van 1959 tot 1962 met zijn vriendin Diny in een Goggomobil van Groningen naar Kaapstad reed. Vóór en na die reis werkt hij bij Gremi als offsetdrukker, reclamemaker en op de instrumentmakersafdeling.
Ook Vegter van Slooten herinnert zich de Pegasus nog wel. ‘Je kon er met een rolstoel inrijden en daarna doorrijden, maar ik heb alleen dat ene tekeningetje gemaakt.’ Die tekening moet de gemeente Groningen van Gremi’s nieuwbouwplannen overtuigen.
In de Oude Ebbingestraat, in het centrum van Groningen, groeit Gremi aan alle kanten uit haar voegen. Aan de rand van de stad heeft Gremi haar oog laten vallen op een kavel, maar de gemeente Groningen vindt dat handels‐ en importbedrijven niet op een industriegebied thuishoren. De tekening van Vegter van Slooten bewijst dat Gremi ook industriële ambities heeft en in 1964 besluit de gemeenteraad de kavel aan Gremi te verkopen. Daar kan Gremi – als een Pegasus – haar vleugels uitslaan.
Met het geld dat Wouter de Vries verdiende met de Pegasus, koopt hij een tweedehands Goggomobil T250, waarop hij een eigen carrosserie maakt. Lees hier meer.