Cor Gaarthuis, geboren in 1913, was een zoon van de plaatselijke smid Gaarthuis. Rond 1928 gaat Cor, slechts vijftien jaar oud, werken bij wagenmakerij en carrosseriebouwer Vlug in Alkmaar. Hij bleek al snel een jongeman te zijn met ‘gouwe handjes’, die zich specialiseerde in de vooroorlogse periode in plaatwerk en lassen, zowel elektrisch als autogeen. Na twaalf jaar werken bij de firma Vlug moest hij van de Duitsers in 1940 verplicht gaan werken bij carrosseriebedrijf Jac. Met in Alkmaar. Op 5 mei 1945 was de bevrijding en 6 mei was Cor Gaarthuis weer terug bij Vlug.
Na de oorlog was de vraag naar vakmanschap groot. Vanwege het gebrek aan rijdend materieel en het aanbod van veel dumpvoertuigen was er volop werk. In 1947 bouwde men al een caravan in opdracht van de heer Ris, eigenaar van een plaatselijke fotozaak. Tot 1960 bouwde men in totaal zo’n 25 caravans. De ontwikkeling van de firma Vlug ging erg snel, mede door de goede naamsbekendheid, en het werd dan ook snel een modern carrosseriebedrijf. De twee aanwezige vakbekwame houtbewerkers werden omgeschoold tot metaalarbeiders.
overname
Inmiddels was Cor Gaarthuis compagnon geworden en enkele jaren later, in 1950, nam hij het bedrijf over. Omdat Cor erg vaardig was met plaatwerk kwam er al snel een afdeling autoschade. Nieuwe onderdelen waren bijna niet te koop, en dus moest alles gerepareerd of nagemaakt worden. Intussen groeide het bedrijf naar acht man personeel, wat gezien de bedrijfsruimte wel het maximum was. Men verbouwde allerlei soorten chassis tot prachtige combinaties; één van de mooiste is wel de serie van zeven bloemenwagens voor de bloemenhandel Bruin uit Heiloo. Verder had men het onderhoud (plaatwerkschade en spuitwerk) van alle voertuigen van Van Gend & Loos in de kop van Noord-Holland. Ook verrichte men onderhoudsplaatwerk voor het busbedrijf Bergerbus uit Bergen (Noord-Holland).
Inmiddels bouwde Gaarthuis ook enkele brandweerwagens. Dit waren materiaalwagens. Gaarthuis verzorgde het carrosseriewerk, het timmerwerk, de elektrische bedrading, het spuitwerk etc. Ook bouwde het bedrijf rond 1955 op een tweedehands Mercedes-Benz chassis, als eerste in Nederland, een dubbeldeks ziekenwagen voor taxibedrijf Kotax in Alkmaar.
Intussen kreeg Cor Gaarthuis contact met de heer Doeschot die toen zelf brandweercommandant van Alkmaar was en een machinefabriek bezat. Men besloot samen een blusvoertuig te bouwen. Doeschot verzorgde de watertank, de pompinbouw en de aandrijving, haspels, leidingwerk voor hoge en lage druk en alle blusarmaturen. Dit sloeg goed aan op de markt, ook vanwege de contacten die brandweercommandant Doeschot had bij de brandweer in Nederland. De samenwerking was goed en de omzet groeide voor beide bedrijven.
In 1967 stopte Cor Gaarthuis met zijn werkzaamheden en nam zoon Rob Gaarthuis het stokje over. In de drie jaar die daarop volgden, groeide het bedrijf volledig uit zijn jasje en moest Rob kiezen: verhuizen naar een veel groter pand, of meegaan met Doeschot die in Hippolytushoef een bedrijf had neergezet dat gespecialiseerd was in brandweervoertuigen. Rob besloot het laatste te doen, zijn bedrijf werd overgenomen door Doeschot (inmiddels Doeschot-Rosenbauer BV) en Rob werd chef werkplaats. Na twintig jaar dit werk gedaan te hebben, startte Rob Gaarthuis weer een eigen bedrijf op in fijn constructiewerk, apparatenbouw en draaiwerk. Na zeventien jaar (2007) is Rob gestopt met zijn bedrijf.
Tekst Adriaan Kriek
Dit artikel is eerder gepubliceerd (met vele foto’s) in het Conam Bulletin van april 2015
Bekend is ook een trapauto voor een carroussel, circa 1935 (klik hier!)