Ir. H.H. Borgman uit Utrecht bouwde met behulp van smid Rombouts uit Geldermalsen in 1952 een soort driewielige autoscooter. Het wagentje woog 130 kilo. Het had een 150cc ILO-tweetaktmotor met geforceerde koeling, waarmee een kruissnelheid van 50 km/uur haalbaar was. Er was plaats voor twee volwassenen en twee kinderen achterin. De achteras wa geveerd met een combinatie van schroef- en bladveren met Girling hydraulische dempers. Het enkele voorwiel veerde met een parallelsysteem en had ook een hydraulische demping en schroefvering. Het chassis was uit kokerprofiel van 35 x 20 millimeter gelast. Op de plaatstalen motorkap en de spatborden na was het hele koetswerk van drie millimeter dik multiplex. Schakelen ging via een handel links op het dashboard. Het stuurwiel besloeg slechts driekwart van een cirkel. De reden hiervoor was dat de auto, als de kap en de voorruit gedemonteerd waren, slechts 78 centimeter hoog was en zodoende op zijn kant door Borgman’s tuinhekje getild kon worden. De Borgman was voorzien van een motorfietskenteken en deed enkele jaren tot volle tevredenheid dienst, niet alleen in de regio Utrecht, maar ook op vakantie in Luxemburg.
Bron: Lammerse, Jan: Autodesign in Nederland. Uitgeverij Waanders, 1993, ISBN 90.6630.372.7
Zie ook de vraag van kleinzoon Rik Borgman